In 1839 was Salomon Mozes Flesch gelegerd op Fort Rammekens op het Zeeuwse eiland Walcheren. Daar kwam hij in het bezit van twee zogenoemde traktaatboekjes voor Joden. Deze boekjes waren volgens hem het 'oorspronkelijk middel' waarom hij en zijn vrouw waren bekeerd tot het christendom. Na voltooiing van Salomons diensttijd vestigde de familie Flesch zich kort in Amsterdam waar zij zich afkeerden van de Joodse gemeenschap, hetgeen grote problemen veroorzaakte binnen genoemde gemeenschap en de familie van het echtpaar. In 1840 verhuisden Salomon en zijn gezin naar Broek in Waterland waar hij, zijn vrouw en zoon Mozes (in 1839 geboren in Amsterdam) zich voorbereiden op hun overgang naar het christendom, zoals te lezen is in de Kerkeraadsnotulen van 20 mei 1840 waarin beschreven staat dat Salomon en Sara werden 'onderwezen' door predikant Hendrik Bitter.
Bron
